De eigenheid der dorpen

Er lijkt een verschuiving opgetreden te zijn in de interpretatie van het dorpenbeleid, eerder ook wel kernenbeleid genoemd. Waar aanvankelijk de nadruk lag op de ‘specifieke eigenheid van de afzonderlijke kernen’ zoals dat heette in het bestuursakkoord 2018-2022 voor Wijdemeren, is de aandacht nu verschoven naar de versterking van de invloed van burgers op het openbaar bestuur.

Dorpenavond Nederhorst den Berg, 4 november 2019 (foto Cor Koster)

In oktober en november 2019 zijn er vijf ‘dorpenavonden’ gehouden. Van de suggesties en opmerkingen op die avonden is voor elke kern een verslag gemaakt. Ik heb die verslagen vergeleken op een aantal punten die vermoedelijk kenmerkend zijn voor de ‘eigenheid’ van een leefgemeenschap, zoals de fysieke leefomgeving, sociale cohesie en kunst/cultuur, om na te gaan of er iets te zien is van de ‘specifieke eigenheid van de kernen’, of, zoals het CDA-verkiezingsprogramma dat noemde, ‘het dorps‐DNA’.

Behoudend
Ik heb nauwelijks essentiële verschillen kunnen vinden. Overal is men erg behoudend ingesteld. In Nederhorst den Berg wil men ‘het dorpse karakter behouden’ en zelfs ‘mooier maken’. In ’s-Graveland/Kortenhoef wil men het ‘dorpsgezicht beschermen’ en vindt men dat men een dorp moet blijven; men wil geen onderdeel van een metropool worden. Ankeveen wil ‘het authentieke gevoel bewaren’, en in Nieuw-Loosdrecht wil men ‘geen Laren of Blaricum worden’ maar het karakter van de kern blijven behouden. Alleen Oud-Loosdrecht springt er een beetje uit; daar heeft men behoefte aan een kern die er nog niet is. Het gaat daarbij in alle gevallen om de fysieke leefomgeving. Voorts wil men overal, behalve vreemd genoeg in ’s-Graveland/Kortenhoef, een ontmoetingsplek of dorpshuis.

Kunst en cultuur
Voor kunst en cultuur heeft men minder belangstelling, wat vreemd is omdat juist die begrippen vaak als kenmerkend voor de eigenheid van een gemeenschap gezien worden. De woorden worden alleen in combinatie genoemd in Nederhorst den Berg maar verder niet toegelicht. In het verslag van Oud-Loosdrecht staat wel ‘theater/cultuur’, maar ook zonder nadere uitwerking. In Ankeveen wil men ‘cultuurinstellingen behouden’, wat niet zo’n wonder is als je een theater als de Dillewijn in je dorp hebt. In Nieuw-Loosdrecht wil men het ‘cultureel erfgoed beter positioneren, Sypesteyn bijvoorbeeld’. Maar over het algemeen is er weinig of geen aandacht voor kunst en cultuur, die toch veel kan bijdragen aan de verbinding tussen mensen en aan het saamhorigheidsgevoel in een gemeenschap. In ’s-Graveland/Kortenhoef, dat in het verleden een zekere aantrekkingskracht uitoefende op kunstenaars — nog steeds wordt Kortenhoef  ten onrechte af en toe het kunstenaarsdorp genoemd — komt het woord ‘kunst’ helemaal niet voor, evenmin als ‘cultuur’. Sic transit gloria mundi  😉

Burgers betrekken
Na de dorpenavonden is er een ‘Uitvoeringsnotitie Dorpenbeleid Wijdemeren’ opgesteld waarin nog steeds die dorpsidentiteit genoemd wordt, maar waarin de focus geheel verschoven is naar praktische zaken in de relatie burger-overheid. De belangrijkste missie is nu: ‘we willen de invloed van onze bewoners vergroten en het realiseren van initiatieven mogelijk maken.’ Meer burgerparticipatie dus.

Dit past geheel binnen de tendens die we in heel Nederland zien: de toename van participatieve democratie. Daarbij heeft de burger een beleidsbepalende invloed op het openbaar bestuur. In Nederland is dit proces met name aangezwengeld door het rapport ‘Burgers betrekken’ (2005) van de ‘Raad voor het openbaar bestuur’ onder voorzitterschap van Jos van Kemenade.

Wijdemeren gaat meer en meer die kant op, en dat is een goede zaak. Dat de zogenaamde ‘specifieke eigenheid’ van de dorpen daarbij eigenlijk geen rol speelt, is helemaal niet zo erg. Daar letten de dorpen zelf wel op.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.