Iets groots in Ankeveen

In de strijd om de eerste marathon op natuurijs kan Ankeveen zich niet mengen, dat gevecht gaat steevast tussen Haaksbergen en Noord-Laren. Met als gevaarlijke outsider: Nieuw-Buinen. Zodra de meute zich echter op het ijs begeeft, komt Ankeveen in beeld.

Je kunt er donder op zeggen dat je ’s avonds in het journaal schaatsers op de Ankeveense Plassen ziet. Niet omdat je nergens anders mooier schaatsen kan – al valt het toch moeilijk te overtreffen – maar omdat Ankeveen voor de altijd gehaaste Hilversumse televisiemakers zo lekker naast de deur is.
Uit eerste hand kan ik u thans berichten: er wordt nog niet geschaatst in Ankeveen. Ik dwaal dagelijks met mijn hond (Buurman) langs de plassen en de actuele ijsconditie moet ik helaas als erbarmelijk bestempelen.

Buurman bewaakt het sneeuwijs! (Foto: Marcel Maassen)

Sneeuwijs, erger kun je het niet treffen. Op de te dunne ijslaag die we dinsdagochtend hadden, is een deken van sneeuw neergedwarreld die de verdere aangroei van het ijs dwarsboomt.
‘Het moet warm water gaan regenen’, moppert mijn achterbuur die zijn leven lang een fanatiek schaatser is geweest.
Dat heb ik vaker gehoord, maar ik ken het fenomeen alleen van onder de douche. Mij dunkt dat koud water zou ook volstaan, al ben ik natuurlijk slechts een leek in ijszaken. Dat van dat sneeuwijs weet ik ook alleen maar omdat ik al een jaar of veertig naar ijsmeesters luister die uitleggen waarom de Elfstedentocht ook dit jaar niet door kan gaan.

Doorgaans is de schaatskans verkeken zodra de dooi inzet. De dooi neemt geen halve maatregelen, die zet door totdat het laatste ijs gesmolten is. Maar wat de weervrouw gisteravond in het journaal liet zien, zag er beloftevol uit: dooi en regen en daarna weer dalende temperaturen. Met een beetje geluk smelt de toplaag van sneeuwijs en bevriest het water vervolgens weer. Dan kunnen we weer vooruitkijken, toch?

Ik gun het mijn achterbuur dat er dit jaar iets ‘groots’ te gebeuren staat. Daar hoorde ik hem jaren geleden over, toen we een dag of drie op de Vecht konden schaatsen. Hij sprak over een tocht van wel tachtig kilometer die hij voor de huisdeur zou kunnen aanvatten, op de Vecht.
Het is een taaie, mijn achterbuur, maar hij zal toch ook al over de zeventig zijn. Nu of nooit, zover is het misschien nog niet voor hem, maar in de komende vijf jaar, schat ik, zal het toch moeten gebeuren.

Ik heb zo mijn eigen voorstellingen bij ‘iets groots’. Wil ik een schaatstocht van tachtig kilometer volbrengen, dan moet veel meezitten. Volmaakte windstilte en een aangenaam winterzonnetje, om te beginnen. Ik heb nooit op hoog niveau geschaatst.

Wat heet: niet eens op hoge noren.

Marcel Maassen,  Nederhorst den Berg

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.