Voor een zonnige het-komt-vast-wel-goed-houding ten aanzien van de ambtelijke organisatie van Wijdemeren is bar weinig aanleiding. Integendeel, stukken die de gemeenteraad komende donderdag (10 juni) gaat bespreken stemmen somber.

Het gaat donderdag nog even niet om de ‘algemene’, de structurele toestand waarin de gemeentelijke organisatie zich bevindt. Die komt later dit jaar aan de orde als bureau Necker van Naem zijn onderzoeksrapport heeft afgeleverd. Jammer genoeg zal dat vermoedelijk pas in oktober gebeuren.
Kleerscheuren

Nee, komende raadsvergadering gaat het alleen nog om tijdelijke noodverbanden die moeten worden gelegd zodat het geplaagde ambtenarenapparaat de coronacrisis kan doorstaan zonder nog meer kleerscheuren op te lopen. Burgemeester en wethouders vragen daarvoor voorlopig 415.000 euro plus wat geld uit projectpotjes. Vorige week rekende Michiel van Balen (VVD) de raadscommissie bestuur en middelen al voor dat dat bedrag later dit jaar zomaar kan oplopen richting een miljoen euro. En er is maar één plaats waar dat geld voorhanden is: de algemene reserve, waarvan de bodem allengs meer in zicht komt.
Geconfronteerd met de vraag of blijvende zelfstandigheid van de gemeente een reëel vooruitzicht is, gaf burgemeester Crys Larson afgelopen week geen eenduidig antwoord. Ze dacht dat er meer aan de hand is dan alleen een coronaprobleem, eh nou nee, ze geloofde voor 110 procent in zelfstandigheid. Terecht zei ze overigens ook dat eerst het wachten is op dat rapport van Necker van Naem.
Het ergste
Toch zijn er al gegevens beschikbaar die op dat rapport vooruit lopen. Die gegevens zijn te vinden in de antwoorden op technische vragen van de politiek. Dat de gemeente kampt met een hoog ziekteverzuim en een aanhoudend fors aantal vacatures is als algemeen beeld op zichzelf geen nieuws. Maar de harde cijfers die het college in de antwoorden heeft verstrekt doen wel het ergste vrezen.
Neem het aantal vacatures. Dat waren er 17 in 2018, 22 in 2019, eveneens 22 in 2020 en 14 alleen al in de eerste drie maanden van dit jaar. Dat laatste lijkt op een negatieve invloed van de coronacrisis te duiden. Anderzijds: in niet-coronajaar 2019 waren er al evenveel vacatures (22) als in coronajaar 2020. En 17 stuks in 2018 was ook al fors, namelijk 12 procent van het hele personeelsbestand. Deze cijfers laten zien dat ook los van corona het aantal vacatures – ofwel het aantal ambtenaren dat zijn heil elders zoekt – knap hoog is.

Vorige week gaf Larson al aan dat een van de oorzaken is, dat er sprake is van een ‘competitieve markt’, waarin ambtenaren in een aantal gevallen kiezen voor een grotere gemeente, waar de arbeidsvoorwaarden beter zijn. In de antwoorden noemt het college expliciet de salarisschalen. In een grotere gemeente dan Wijdemeren kan een ambtenaar doodgewoon meer verdienen. Dat is zo en dat zal niet veranderen.
Uit diezelfde antwoorden van het college blijkt ook dat vacatures soms (tijdelijk) met externe ‘handjes’ worden opgevuld om het gat snel te dichten, aangezien het eigen ambtelijk apparaat soms niet eens tijd heeft om iemand die vast wordt aangetrokken in te werken. Een organisatie waar dat zich voordoet, is er bepaald beroerd aan toe. En dat komt niet doordat het personeelsbestand is achtergebleven, want dat is niet zo. In 2018 omvatte het 143 fte (volledige banen), nu 164,8 fte.
Onthullend
Ook onthullend zijn de cijfers die het college verstrekt over het geld dat wordt besteed aan inhuur van mensen van buiten. Ik herinner me van een jaar of vijf, zes geleden dat in Hilversum de externe inhuur ter sprake kwam, omdat die toen tijdelijk meer geld vergde dan 10 procent van de loonsom van de mensen in vaste dienst. De raad eiste beperking tot die 10 procent en de wethouder beloofde daarvoor te zorgen, want over die grens bestond geen meningsverschil.
Nu de cijfers in Wijdemeren. Met externe inhuur was in 2018 19 procent van de loonsom gemoeid, in 2019 18 procent en in 2020 16 procent. Naar verhouding viel het in coronajaar 2020 dus mee. De inhuurcijfers uit 2018 en 2019 zijn echter een veeg teken over de structurele toestand van het Wijdemeerse ambtenarenapparaat.
Structureel mis
Dan het ziekteverzuim. Dat is in coronatijd extra hoog opgelopen. In de eerste drie maanden van dit jaar lag het op 8 procent, vorig jaar nog iets hoger: 8,27 procent. Maar al in de niet-coronajaren 2018 en 2019 zag het er slecht uit met respectievelijk 7,34 en 7,06 procent. Landelijk ligt het ziekteverzuim bij gemeenten op zo’n 5 procent. Ook hieruit blijkt dus dat er in Wijdemeren iets structureel mis is
Goed, het college vraagt de raad nu dus om extra geld om tijdelijk meer mensen van buiten in te huren en zo het einde van de coronacrisis te halen. En daarna? In een van de antwoorden op de technische vragen lezen we: ,,Uit het onderzoek van Necker van Naem zou wellicht kunnen blijken dat een deel van deze tijdelijke inhuur nodig is als structurele formatie-uitbreiding.’’
Het staat er heel voorzichtig en voorlopig. Maar in het licht van alle bovengenoemde cijfers lijkt de noodzaak van formatie-uitbreiding (in gewoon Nederlands: meer ambtenaren) wel een zekerheidje. En dán wordt het interessant. Natuurlijk, meer mensen aan het werk zetten kan altijd zo lang daarvoor maar genoeg geld is. Maar die hoeveelheid geld is nu eenmaal eindig. Ook geld vrijspelen door het mes in activiteiten te zetten, heeft een grens, want van dat snijden in uitgaven worden inwoners vrijwel altijd de dupe.
Spannend
Er komt dus een punt waarop de vraag zich aandient: kunnen we het nog zelf betalen, kunnen we nog zelfstandig verder of valt er aan gemeentelijke fusie niet meer te ontkomen? Terwijl het zomerreces nog moet beginnen, valt nu al te voorzien dat politiek Wijdemeren een boeiend en spannend najaar tegemoet gaat. Onwillekeurig zweven de gedachten naar de de titel van een Vlaams komisch radioprogramma (1993-2004): ‘De toestand is hopeloos, maar niet ernstig’.