Hoogte bouwleges in Wijdemeren is mysterie: transparantie ver te zoeken

De leges die inwoners van Wijdemeren moeten betalen voor een verbouwing of nieuwbouw van een woning zijn een mysterieus zoekplaatje. Inwoners worden een duister bos in gestuurd waar zelfs kabouter Paulus het spoor bijster zou raken. Van transparantie, waarover in literatuur over leges zo vaak wordt gerept, valt weinig te bespeuren. En dat terwijl Wijdemeren voor een kleine verbouwing wel doodleuk de hoogste leges heft in de Regio Gooi en Vechtstreek.

(Foto Stanislaw Skowron, publiek domein)

In de derde week van augustus kwam de Vereniging Eigen Huis (VEH) met het inmiddels traditionele overzicht van de bouwleges in alle Nederlandse gemeenten. De verschillen bleken (opnieuw) enorm.

Niet of nauwelijks inzicht

Een nadere blik op de tarieven leerde Rading Nul dat Wijdemeren bij een bouwsom van 170.000 euro (een door VEH gehanteerd standaardbedrag om gemeenten te kunnen vergelijken) leges heft die zowel in Nederland als in de Regio Gooi en Vechtstreek tot de middenmoot behoren. Bij een bouwsom van 10.000 euro (het andere standaardbedrag dat de VEH hanteert) bleek Wijdemeren met leges het duurste in het Gooi en de Vechtstreek. En dat terwijl de gemeente niet of nauwelijks inzicht geeft in het hoe en waarom van de legestarieven.

Nu zijn die bouwleges – formeel de leges voor een omgevingsvergunning in verband met bouwactiviteiten – een kleine wetenschap op zich. Het is domweg knap ingewikkeld. Daarom heb ik er maar eens wat stukken bij gepakt. Om te beginnen de Gemeentewet en stukken van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Voorts een rapport van de Amsterdamse rekenkamer, een inventarisatie die de gemeente Haarlem voor zichzelf maakte en een onderzoek naar de leges in de Oost-Groningse gemeente Oosterwold. En niet in de laatste plaats natuurlijk uit Wijdemeren de Perspectiefnota 2021 en de Programmabegroting 2021.

Veel vrijheid

Uit dat alles rijst het volgende beeld op. Als een gemeente inwoners op hun verzoek diensten verleent, mogen daarvoor kosten (leges) in rekening worden gebracht. Het kan om velerlei dingen gaan, uiteenlopend van de verstrekking van een paspoort of een uittreksel uit het bevolkingsregister tot een drank- of (ver)bouwvergunning. Bij het vaststellen van tarieven voor die leges hebben gemeenten veel vrijheid. Maar leges mogen hooguit kostendekkend zijn – de gemeente mag er geen winst op maken.

Maar kostendekkend hoeft niet elke vergunning of heffing afzonderlijk te zijn. Gemeenten kunnen ervoor kiezen bepaalde soorten dienstverlening goedkoper te maken omdat daarmee een hoger doel is gediend. Neem de vaak niet-kostendekkende drank- en horecavergunningen. De gedachte daarachter is dat er een economisch belang is (lekker draaiende horeca die voor reuring zorgt) dat zwaarder weegt dan de rekening die de gemeente uitschrijft.

Tot voor kort gold dat alle leges binnen de gemeentelijke legesverordening samen maximaal kostendekkend mochten zijn. Wat de gemeente bij de ene dienstverlening aan geld laat zitten, mag bij een andere worden gecompenseerd. Kruissubsidiëring heet dat. Die vrijheid is recent wel ingeperkt door de Europese Dienstenrichtlijn. Voor bouwleges betekent het dat gemeenten daarbinnen wel mogen schuiven, maar dat alle bouwleges samen hooguit kostendekkend mogen zijn. Bouwleges mogen dus geen winst opleveren om het tekort op de horecavergunningen te compenseren.

Welke kosten dan?

U voelt natuurlijk al aankomen wat het volgende vraagstuk is – juist ja: wat zijn dan de kosten die mogen worden gedekt, dat wil zeggen aan de inwoner doorberekend? Voor de leek is dat een hier en daar bizar verhaal. Heel begrijpelijk is natuurlijk dat de uren die een ambtenaar kost om omgevingsvergunningen te behandelen moeten worden vergoed. Maar er zijn ook gemeenten die kosten opvoeren voor bijvoorbeeld de huisvesting van die ambtenaar. Dat mag, maar alleen al die rekensom moet iets heel bijzonders zijn, want hoeveel van de kosten van het gemeentehuis, van een bureau en van de koffie-automaat reken je toe aan een ambtenaar die een dag bezig is met bouwvergunningen?

Er worden soms zelfs ‘leegloopuren’ in rekening gebracht. Huh, leegloopuren??? In een VNG-document wordt dat zo uitgelegd: ,,Gedurende de openingstijden van de publieksbalie zal er steeds deskundigheid aanwezig moeten zijn om de verschillende diensten te kunnen leveren. Hoe efficiënt de gemeente het proces ook inricht, het is niet te voorkomen dat iemand even geen klant aan het helpen is of andere werkzaamheden doet.’’

Voor bouwleges geldt bijvoorbeeld ook dat de ene gemeente de andere niet is. Dat zit hem nauwelijks in hoe efficiënt er gewerkt wordt. De ene gemeente is efficiënter dan de andere, maar in de praktijk leidt dat tot maar kleine verschillen in kosten. Wel weegt vrij zwaar of het gaat om een uitbreidingsgemeente (neem Blaricum, waar stevig wordt gebouwd in de Blaricummermeent) of om een gemeente die dat niet is, maar die wel een kwetsbare historische binnenstad heeft. In die laatste gemeente is het nauwkeurig passen en meten en kost behandeling van een bouwvergunning veel tijd. Terwijl ze in pakweg Blaricum met weinig moeite de ene na de andere bouwvergunning uit de mouw schudden.

Profijtbeginsel

Gemeenten mogen dus alle volgens de regels bepaalde kosten aan de inwoners doorberekenen, maar dat hóéven ze niet te doen. Veel gemeenten streven weliswaar naar leges die zo kostendekkend mogelijk zijn, maar vaak zijn de kosten voor dienstverlening toch hoger dan de opbrengst van de leges. Het aloude profijtbeginsel (wie van een overheidsdienst profijt heeft, betaalt daarvoor het volle pond) wordt dan ten dele buiten werking gesteld. Dat is een kwestie van politieke keuzes. Het tekort op leges moet dan wel  worden bijgepast uit de algemene middelen. Die pot wordt gevuld vanuit Den Haag (gemeentefonds), maar bijvoorbeeld ook door woningeigenaren die onroerendezaakbelasting (ozb) betalen.

Transparantie

In veel van de geraadpleegde documenten wordt erop gehamerd dat op een gemeente de dure plicht rust om over de legestarieven transparant te zijn. Uiteraard hoeft geen gedetailleerde rekensom met alle kostenposten en -postjes te worden opgevoerd, maar in grote lijnen moet de inwoner toch kunnen zien waarom hem of haar voor welke dienst een bepaald tarief in rekening wordt gebracht.

Dat lijkt volkomen logisch, maar voor de gemeente Wijdemeren is dat kennelijk helemaal niet zo logisch. Ik althans heb in genoemde Perspectiefnota 2021, de Programmabegroting 2021 en de op 10 december vorig jaar door de gemeenteraad vastgestelde Legesverordening 2021 bar weinig kunnen vinden.

Eerst maar even wat wel goed is gegaan. In de legesverordening staat dat voor bouwleges ook rekening wordt gehouden met de bouwkosten van het project waarvoor een vergunning wordt aangevraagd. Die bouwkosten zijn er in vier categorieën: laag, hoger, nog hoger en hoogst. Als je goed zoekt, is ook te vinden dat Wijdemeren daarbij rekent met bouwkosten zónder btw, want we treffen deze zinsnede aan: ‘de omzetbelasting daarin niet begrepen’.

Het rammelt

Uit alle geraadpleegde literatuur blijkt dat een gemeente er daarmee niet is. Er moet meer inzichtelijk worden gemaakt. Bijvoorbeeld wat aan kosten en opbrengsten van dienstverlening in het volgende jaar te verwachten valt. Dat is voor de leges in de Wijdemeerse begroting 2021 maar ten dele terug te vinden. Voor de afvalstoffen- en rioolheffing staat keurig wat het kost en opbrengt (evenveel, dus beide heffingen zijn 100 procent kostendekkend). Bij het onderdeel leges staat slechts dat die naar verwachting dit jaar 1,017 miljoen opbrengen, niet wat de kosten van de onderliggende dienstverlening naar schatting zijn. En een grove schets van de samenstelling van die kosten ontbreekt al helemaal.

Het rammelt dus nogal. Nu zou het te ver gaan te beweren dat de gemeente onmiddellijk de rechter op haar pad vindt, maar het gebrek aan transparantie kan wel tot problemen leiden als een inwoner naar de rechter loopt en stelt dat de geraamde legesopbrengsten de geraamde ‘lasten ter zake’overschrijden – dus dat de gemeente voor een dienst te veel aan leges vraagt. Om als gemeente in zo’n geval overeind te blijven is volgens de Amsterdamse rekenkamer

‘voorwaarde (. . .) dat de geraamde lasten en baten op voldoende controleerbare wijze zijn vastgelegd. Indien dit niet het geval is, kan de rechter de legesverordening onverbindend verklaren’.

Met het gebrek aan transparantie neemt de gemeente Wijdemeren dus best een risico.

Maar wat erger is: de inwoners worden achteloos het bos in gestuurd. ‘Wij bepalen wel wat u moet betalen, maar hoe we aan dat bedrag komen, gaan we u niet aan uw neus hangen, u zoekt het maar uit.’ Misschien toch iets waarop de gemeenteraad eind dit jaar, bij het vaststellen van de begroting en de nieuwe legesverordening, beter kan letten. Het kan natuurlijk ook zijn dat de boel zo rammelt doordat de ambtelijke afdeling financiën onvoldoende is bezet. Maar dat maakt het er niet beter op.

Lastenverdeling

Er is trouwens nog iets, en dat is een bij uitstek politiek vraagstuk. De vraag namelijk hoe in Wijdemeren de legestarieven voor bouwvergunningen in elkaar zitten. Dat gaat namelijk nog wel wat verder dan louter de constatering dat Wijdemeren het duurst in de regio is met leges voor vergunningen voor bouwprojectjes van 10.000 euro. Het gaat over de lastenverdeling tussen mensen die aan stenen meer en minder te besteden hebben. Daarover binnenkort een aparte bijdrage. Zonder nog in details te treden valt daarover nu al op te merken: lees en huiver!

2 gedachten op “Hoogte bouwleges in Wijdemeren is mysterie: transparantie ver te zoeken”

  1. Ik vergat het volgende trieste feit te vermelden over de rioolheffing, die alle inwoners wél betaalden, maar er feitelijk niets voor terugkregen. Aldus de provinciale toezichthouder, die Wijdemeren twee opties gaf om dit op te lossen. Één: alsnog die belastinggelden meteen besteden aan noodzakelijk onderhoud, twee: het terugbetalen aan de inwoners. Wijdemeren kon dat eerste niet realiseren dus koos men voor terugbetalen. Niemand heeft echter tot op heden het teveel betaalde teruggestort gekregen…. Nee, Wijdemeren heeft dat in een potje gestopt voor ik dacht de komende 30 jaar om het dubbeltje voor dubbeltje als korting ’terug te betalen’…. Waarom besloot de raad niet om het aan de nu nog levende inwoners terug te betalen? Was véél eerlijker geweest, juist in financieel lastige tijden voor de inwoners.

  2. De klant is koning, leve de koning.
    De kiezer wordt eens per vier jaar op handen gedragen, leve de kiezer. En dan weer vier jaar wachten op die mooie reclamefolders……

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.